Iedereen kan meedoen in onze inclusieve samenleving

De coronapandemie zet de samenleving op scherp. Dit is al sinds het begin van de crisis het geval, maar de plannen voor de “2G-maatschappij” zorgen voor nog meer verharding en roepen bij velen heftige emoties en discussies op. Welke offers we bereid zijn te brengen, of de maatregelen te streng zijn of juist niet streng genoeg. En vooral ook discussies over uitsluiting van groepen mensen, met name ongevaccineerden. Deze discussie wil ik hier niet voeren. En ergens ook weer wel… Ik wil het namelijk hebben over de inclusieve samenleving.

Wat is een inclusieve samenleving? Dat is een samenleving waarin we er samen voor zorgen dat iedereen mee kan doen in de maatschappij, ongeacht hun achtergrond: leeftijd, inkomen, seksuele en genderidentiteit, lichamelijke of psychische gezondheid, culturele en geloofsachtergronden en zelfs misstappen in je verleden. Niet ik-jij maar wij-samen.

Dat betekent niet dat we geen andere meningen of standpunten mogen hebben. Het betekent ook niet dat iedereen aan alles kán meedoen. Voor een pilotenopleiding mag je niet kleurenblind zijn. Jongeren onder de achttien mogen geen alcohol kopen. Inclusie is geen absoluut recht: veiligheid of gezondheid kunnen soms zwaarder wegen. Er kunnen criteria gelden om aan een specifieke activiteit mee te mogen doen. Maar daarbij moeten we wel altijd zorgvuldig blijven en de dialoog op blijven zoeken: zijn onze criteria om mee te doen nog eerlijk en gerechtvaardigd? En zo nee, hoe kunnen we dan de obstakels wegnemen? Zo bieden de meeste universiteiten extra begeleiding en aanpassingen (zoals extra tentamentijd) om studenten met bijvoorbeeld dyslexie, autisme of een lichamelijke beperking toch te laten studeren. Omdat ze dan wel degelijk aan de eisen kunnen voldoen en kunnen floreren. Meedoen. Inclusie.

We kijken vaak naar de overheid of naar instanties om de inclusieve samenleving mogelijk te maken. We hebben in Nederland een krachtige en uitnodigende missie nodig en lokale, regionale en landelijke leiders die het juiste voorbeeld geven, in woord en gedrag. We hebben organisaties nodig die mensen Nieuwe Kansen geven. We hebben leiders nodig die verbinden en de missie uitdragen: ‘Nederland is een Samenleefland waarin inwoners actief aan hun geluk, gezondheid en veiligheid werken, én aan dat van anderen. Je bent welkom als je meebouwt zoveel als je kan, en we stellen afbraak, negativisme of roepen vanaf de zijlijn niet op prijs!”

Maar we moeten vooral ook naar onszelf kijken. Want uiteindelijk ligt de regie voor een inclusieve samenleving bij elke Nederlander. Iedereen is verantwoordelijk voor zijn of haar eigen leven. En samen dragen we verantwoordelijkheid voor anderen. De overheid en andere instanties kunnen van belang zijn om iets mogelijk te maken en te ondersteunen. Maar steun vanuit de overheid of instanties is geen noodzakelijke voorwaarde om een positieve beweging te realiseren. En vaak beginnen ook overheidsprojecten met een initatief vanuit de samenleving.

Voor een enkeling is meedoen in een solidaire leefgemeenschap, om verschillende redenen, te veel gevraagd. Maar veruit de meeste Nederlanders zijn zelf actief om hun vitaliteit en welzijn en dat van de mensen om hen heen vorm en inhoud te geven en zo een mooie bijdrage te leveren aan hun samenleving. Hun Nederland. Ze vinden ook zelf een weg in het vormgeven van die bijdrage. Een kleine groep heeft ondersteuning nodig, soms kort en soms een langere periode. Zolang zij ook echt mee willen doen, is het onze rol om hen hierin aan te moedigen en te steunen. En bijna iedereen kan wel iets doen om bij te dragen. Ook – en soms zelfs juist – als je zelf problemen hebt, kun je anderen verder helpen. Vaak helpt dat ook jezelf.

Ik richt mijn oproep dan ook tot die hele grote groep Nederlanders die binnen ieders mogelijkheden optimaal willen bijdragen aan een gelukkige, gezonde, plezierige en veilige samenleving. Door op een constructieve, empathische en open manier – niet door hard te schreeuwen en te schoppen, maar door te luisteren en te leren – samen te bekijken of iedereen wel mee kan doen. En als dat niet kan, of we er iets aan kunnen doen om obstakels weg te nemen.

Een bijdrage leveren aan een Samenleefland hoeft niet groots en meeslepend te zijn. Iets aardigs doen voor de buren, zodat zij zich minder eenzaam voelen in hun wijk. Vrijwilligerswerk doen, zodat gehandicapte kinderen kunnen meespelen met anderen. Je inzetten op je werk, zodat je cliënt weer geluk en zin vindt. Iedereen kan iets doen om het samen leven te versterken. Ook met mensen die niet op jou lijken.

Laten we de positieve en mooie dingen in ons leven versterken en die structuren en systemen die ons levensgeluk, onze positieve levenshouding en onze bijdrage aan ons Samenleefland in de weg staan, langzaam maar zeker veranderen. We kunnen door onze eigen positieve bijdrage heel concreet bijdragen aan een inclusieve, positieve en kleurrijke samenleving die ons leven voldoening en zin geeft. We kunnen samen kijken welke obstakels voor inclusie we kunnen wegnemen. Iedereen is welkom om bij te dragen aan onze mooie missie: Samen Nieuwe Kansen Creëren!

Walther Tibosch
Bestuurder Novadic-Kentron / Zorg van de Zaak netwerk

Dit opiniestuk is verschenen in Brabants Dagblad 18 december 2021