Coronacrisis en middelengebruik: crisis kan sluimerende problemen snel vergroten

Veel van de maatregelen die werden genomen tegen de verdere verspreiding van corona hadden grote invloed op het gebruik (en misbruik) van alcohol en drugs. Het sluiten van de horeca en casino’s en het verbieden van grootschalige festivals waren natuurlijk maatregelen die direct van invloed waren op het gebruik. Maar ook de richtlijnen om anderhalve meter afstand te bewaren, zoveel mogelijk thuis te blijven en drukte te vermijden, hadden een direct of indirect effect. Wat die effecten waren, was moeilijk te voorspellen: deze situatie was uniek. Er waren minder gelegenheden om te drinken of drugs te gebruiken, maar anderzijds kan middelengebruik ook een rol gaan spelen bij het dempen van negatieve emoties en het verdrijven van verveling. Hoe heeft dit uitgepakt? Onze preventiewerkers vertellen over hun bevindingen.

“Aanvankelijk waren mijn collega’s en ik bang dat het gebruik onder jongeren sterk zou toenemen,” zegt senior preventiewerker Alex van Dongen. “Het sluiten van de horeca, scholen en sportclubs zou tot verveling leiden, wat een reden zou zijn om te gaan gebruiken. Maar we zagen juist dat het gebruik onder jongeren gemiddeld afnam. Met name onder jonge, beginnende gebruikers. Die gebruiken drugs vaak samen met andere jongeren in groepsverband, en niet als ze thuis in hun eentje op de bank of op hun kamer zitten. En dat geldt zeker ook voor het experimenteren met drugs, waarover we ook minder vragen kregen tijdens het hoogtepunt van de coronacrisis. Ik verwacht dan ook niet dat we na de crisis veel verzoeken krijgen om in gesprek te gaan met experimenterende jongeren of hun ouders.”

Nul comazuipers

De drastische daling van het aantal comazuipers was in lijn met dit beeld. Senior preventiewerker Bernard van ‘t Klooster: “We hebben afspraken met bijna alle Brabantse ziekenhuizen over alcoholintoxicaties – vaak comazuipen genoemd. Alle gevallen van alcoholintoxicaties onder de 18 jaar worden naar ons doorverwezen. Dat gebeurde vóór corona verspreid over de hele provincie meerdere keren per week. Maar sinds de sluiting van de horeca hebben we geen enkele doorverwijzing gekregen. Jongeren konden minder samenkomen en ouders waren vaker thuis en konden toezicht houden. Alcoholintoxicaties lijken toch vooral te ontstaan door drinken met andere jongeren als er geen ouders in de buurt zijn… Pas toen de maatregelen weer werden versoepeld, kregen wij weer meldingen binnen.”

Minder partydrugs, meer cannabis

Anders is het beeld bij regelmatige gebruikers, die het stadium van experimenteren al achter zich hebben gelaten. Landelijk onderzoek van Team Alert onder 1.200 jongeren laat zien dat het gebruik van middelen die vaak op festivals en in groepen gebruikt worden, zoals xtc, mdma en lachgas, afnam. Niet alleen zijn er minder gelegenheden om te gebruiken, ook brengt het gebruik van drugs tijdens de pandemie extra risico met zich mee. De testservice wijst gebruikers op deze risico’s. Zo hebben drugs een negatieve invloed op het immuunsysteem en zorgen ze voor een extra belasting op de hart- en bloedvaten en de ademhalingswegen. Maar nu het er naar uitziet dat corona voorlopig nog wel een grote invloed zal hebben op de maatschappij en er weinig tot geen festivals zijn deze zomer, gaan gebruikers wel op zoek gaan naar alternatieve gebruiksmomenten. Ze gebruiken nu bijvoorbeeld op kleinschalige thuisfeestjes.

Zorgen

Terwijl het gebruik van partydrugs afnam, bleek het gebruik van cannabis juist te stijgen. Alex maakt zich zorgen over deze groep: “Voor de regelmatige gebruikers ligt verslaving op de loer. Zij balanceerden voor corona al op de grens van excessief gebruik en verslaving. Meer verveling en andere negatieve emoties betekent voor deze groep ook meer gebruik en dan krijgt het middel een andere functie die kan leiden tot grote problemen.”

Een eigen ‘challenge’

Regelmatige gebruikers zijn uiteraard niet alleen jongeren. Het gebruik van met name alcohol wordt als volkomen normaal gezien door de meeste volwassenen. En ook daar speelde de coronacrisis een rol in het gebruik. Bernard: “Mensen werkten thuis of soms een tijdlang helemaal niet en waren door de sluiting van de horeca en sportverenigingen ook buiten werktijd vooral thuis. Voor sommige mensen zorgde dat voor een afname in alcoholgebruik omdat de dagelijkse hectiek door de maatregelen juist minder werd en ze daardoor minder stress hadden. En zelfs waren er mensen die deze tijd hebben gebruikt om het roer om te gooien en die een eigen ‘challenge’ zijn begonnen om een tijd helemaal niet te drinken.”

Kwetsbaar

Maar in zijn algemeenheid hebben de maatregelen, zeker in combinatie met het mooie weer, gezorgd voor een toename van het drankgebruik thuis, ook overdag. Bernard: “We zagen dat mensen vaker en vroeger op de dag een biertje of een wijntje gingen drinken. Dat leidt natuurlijk lang niet altijd tot misbruik of verslaving. Maar als je drinkt vanwege bijvoorbeeld angst om ziek te worden of je baan te verliezen, om gevoelens van eenzaamheid of verveling te verdrijven of om financiële problemen te vergeten, wordt de kans op verslavingsproblemen wel veel groter. Zeker degenen die al eerder problemen met gebruik hebben gehad of psychische problemen hebben, zijn extra kwetsbaar. De coronacrisis hoeft niet tot problemen met gebruik te leiden, maar het is wel een factor die sluimerende problemen snel kan vergroten. Het is belangrijk dat je dan snel advies of hulp zoekt, want hoe eerder je je problemen met gebruik aanpakt, hoe groter de kans op herstel.”

Hulp nodig? Je kunt je gewoon aanmelden bij NK!

Tijdens de coronacrisis was er een dip in het aantal nieuwe aanmeldingen. Daardoor zijn hulpvragen mogelijk langer blijven liggen. Gelukkig is het aantal aanmeldingen nu weer normaal, maar wellicht zijn er nog altijd mensen die twijfelen. Bij NK houden we ons aan alle richtlijnen die er gelden voor de zorg en ook behandeling op afstand (online of via (beeld)bellen) is mogelijk! Voor vrijblijvend advies kunnen mensen met problemen of vragen, maar ook naasten of verwijzers, altijd contact opnemen met onze afdeling Advies en Informatie. Bel ons op 073-684 90 90.

“Poolse mensen helpen we niet”: hulp voor vergeten groep arbeiders

Het kan Rob Voermans, outreachend preventiewerker bij NK, nog steeds verrassen: hoe weinig respect en waardering we hebben voor arbeiders uit Midden- en Oost-Europese landen. Heel veel arbeiders uit onder meer Polen doen hier werk waarvoor we in Nederland zelf niet genoeg arbeidskrachten kunnen vinden. In slachterijen, in de bouw, in de schoonmaakbranche of op het land. Velen van hen werken hier al tien tot vijftien jaar. Maar als ze in de problemen komen, kunnen ze bijna nergens terecht. Ze raken verstrikt in het ingewikkelde net van regeltjes en richtlijnen en de taalbarrière blijkt een onoverkomelijk probleem te zijn. Dus veel hulpinstanties zeggen dan: “Sorry, maar Poolse mensen helpen we niet.”

Rob werkt bij Preventie, regio Roosendaal. Veel mensen associëren preventie met het uitgaansleven en jongeren die losgaan op drank en drugs, maar Preventie bij NK heeft ook een ‘outreachende tak’, die op zoek gaat naar mensen die in de problemen dreigen te komen. Met alweer zo’n goed Nederlands woord: casefinding. Dat zijn lang niet altijd jongeren. Rob: “Bij casefinding maakt het mij niet uit of ik op zoek ga naar vijftienjarige hangjongeren die te veel blowen, of naar veertigjarige dakloze Polen die te veel drinken. Mijn doel is ervoor zorgen dat mensen zo snel mogelijk terecht komen bij de juiste hulp. Dat is steeds weer een nieuwe puzzel.”

Geen vangnet

Bij de Poolse arbeiders – Rob heeft met name contact met Polen – is die puzzel vaak behoorlijk ingewikkeld. Rob: “Bij veel arbeiders is de huisvesting gekoppeld aan hun baan. Als ze die baan kwijtraken, staan ze dus feitelijk op straat. Sommige werkgevers zijn daar overigens wel coulant in, maar vaak is er geen enkel sociaal vangnet voor deze mensen, zoals opvang. Of het is er wel, maar het lukt hen niet er toegang toe te krijgen. Toch blijven de problemen vaak lang onzichtbaar, omdat Polen een heel hecht netwerk hebben en ze vaak een tijdje terecht kunnen bij vrienden.”

Geen hulp

De positie van deze Polen in Nederland is dus al kwetsbaar, maar door de coronacrisis is de situatie in rap tempo verslechterd. Rob: “Door de crisis raakten veel Polen ineens hun werk – en dus ook hun woning – kwijt. Nu is het lang niet zo dat alle Polen drinken, maar Polen drinken gemiddeld wel meer dan Nederlanders. Dat leidt meestal niet tot problemen met functioneren. Maar als ze dan hun werk en woning kwijtraken, kunnen ze wel snel grip verliezen op hun alcoholgebruik. Waardoor ze natuurlijk nog veel verder in de problemen raken. En omdat ze nauwelijks Nederlands of Engels spreken, is hulp voor hen nagenoeg onmogelijk. Ook bij NK kunnen ze niet terecht voor behandeling van hun verslaving. Je kunt niet met een handvol Nederlandse en Engelse woorden praten over je verslaving en onderliggende problemen en trauma’s. Als we beter voor onze arbeiders willen zorgen, zouden werkgevers hun werknemers ook Nederlands moeten leren.”

Trots en eer

Voor hulp zijn de Polen dus aangewezen op hun land van herkomst, maar dan wordt een groot cultuurverschil zichtbaar. Rob: “In Polen zijn trots en eer buitengewoon belangrijk. Iedereen met verslavingsproblemen kent het gevoel van schaamte, maar in de Nederlandse verslavingszorg richten we ons juist erg op de steun van het netwerk en betrekken we de familie zo veel mogelijk. Voor veel Polen is het absoluut ondenkbaar dat hun familie weet heeft van hun problemen. Ik heb hier brede, stoere Poolse kerels ontmoet die in huilen uitbarstten bij het idee dat hun moeder zou weten dat ze dakloos en verslaafd zijn. Ze zijn dus wel gemotiveerd om behandeling in Polen te volgen, maar in het geheim. En ze komen – soms al direct na de detox – weer terug om hier te werken. Die zeer korte behandeling is waarschijnlijk niet de beste basis voor duurzaam herstel, dus het zou echt heel goed zijn als ze hier in Nederland ook een behandeling konden volgen.”

Gesloten deuren en rigide regels

Rob zag in zijn werkgebied het aantal Polen in de problemen snel toenemen. Samen met een aantal andere ketenpartners gaven zij die signalen door aan de gemeente. Daarop is begin juni een samenwerkingsproject gestart met stichting Barka, die dakloze arbeidsmigranten helpt met werk en huisvesting, zorg, re-integratie en terugkeer naar hun thuisland. Rob: “De hulp van Barka is essentieel. Voor de samenwerking merkte ik dat ik bij mijn werk met deze groep vooral ontzettend veel obstakels tegenkwam. Deuren bleven gesloten, regels bleven rigide. Ondertussen leerde ik steeds meer Poolse mensen kennen die in de problemen waren geraakt. Het begon met eentje, maar vervolgens namen die nog veel meer vrienden en kennissen mee die ook in de problemen waren gekomen. Omdat de medewerkers van Barka zelf zowel Pools als goed Nederlands spreken en zowel de Poolse als Nederlandse cultuur en regels kennen, kunnen zij vaak goed bemiddelen.”

Hulp binnen een week

De hulp van Barka is snel, praktisch en doelgericht. Rob: “Soms regelt Barka al binnen een week dat  een vrijwilliger iemand terug naar Polen rijdt voor behandeling. Ondertussen proberen we dan hier weer werk en huisvesting te regelen. Zo ken ik een Poolse man, een intelligente, gezellige ondernemer die verschillende eigen bedrijfjes had, die na het verlies van zijn baan en een auto-ongeluk diep in de problemen kwam. Net toen hij weer was opgekrabbeld, kwam de coronacrisis, raakte hij opnieuw zijn baan kwijt en viel hij weer terug. Zo iemand loopt dan jaren te sukkelen, en door de samenwerking met Barka kan er nu dan eindelijk, en ook nog eens heel snel, hulp worden opgestart. En dat is fijn, want de situatie is vaak schrijnend.”

Ketelruimte

Dat geldt niet alleen voor de mannen, er zijn ook veel vrouwelijke Poolse arbeiders. Rob: “Zo had ik contact met een vrouw van rond de veertig die al vijftien jaar in Nederland werkt als schoonmaakster. Maar omdat ze niet begreep dat ze zich bij de gemeente moest inschrijven, kan ze geen huis huren. Ze heeft heel lang ingewoond bij een Pools echtpaar, in een soort ketelruimte waar een bed was geplaatst. Toen die mensen met pensioen gingen en weer in Polen gingen wonen, stond ze feitelijk op straat. Via haar werk kwam ze in een caravan terecht, maar omdat daar officieel geen permanente bewoning mag zijn, dreigt ze weer op straat terecht te komen. Ik probeer haar op weg te helpen, samen met stichting Barka. Voor mij ons is het zoveel makkelijker om de juiste ingang te vinden. En deze mensen worden massaal genegeerd en vergeten. Als wij haar niet helpen, wie doet het dan?”

De POH-verslavingszorg in de praktijk

Voor mensen die problemen hebben door middelengebruik maar die hun leven nog goed op orde hebben, is de stap naar de verslavingszorg soms wat te groot. Daarom is het goed om te weten dat zij vaak ook terecht kunnen bij de praktijkondersteuner verslavingszorg van de huisarts. De huisarts wordt in zijn of haar werk ondersteund door verschillende praktijkondersteuners, ook wel praktijkondersteuners huisarts genoemd (POH’s). De verschillende POH’s ondersteunen vanuit hun eigen aandachtsgebied de huisarts. Zo kennen we de POH-GGZ, de POH-somatiek (die patiënten begeleidt bij chronische klachten zoals hoge bloeddruk, astma of diabetes), de POH-ouderenzorg en de POH-jeugd. Novadic-Kentron heeft vele verslavingsconsulenten die als POH-verslavingszorg actief zijn in de Brabantse huisartsenpraktijk. Zij begeleiden patiënten die bijvoorbeeld willen stoppen of minderen met alcohol, die hun medicijngebruik willen afbouwen of hun game/gokgedrag willen onderzoeken. Ook worden partners of ouders meegenomen in de behandeling, of krijgen zij apart ondersteuning als dat nodig is.

Janneke de Jong is onlangs Peter van Rijsbergen opgevolgd als accountmanager voor diverse zorggroepen in Brabant: regionale koepels waar veel huisartsengroepen (hagro’s) bij aangesloten zijn. Daarnaast is Janneke een deel van haar tijd zelf als POH-verslavingszorg in de praktijk werkzaam.

Heel Brabant

Janneke: “Als accountmanager onderhoud ik de contacten met op dit moment zes zorggroepen in Brabant, waaronder zo’n 450 huisartsen vallen. Binnenkort hopen we een pilot in een nieuwe regio te starten en met andere regio’s zijn we in gesprek. Uiteindelijk is het de bedoeling om een Brabant-brede dekking te realiseren. Mijn werk als accountmanager is gebaseerd op vier pijlers. Wanneer er contracten zijn gesloten met de betreffende zorggroep, wordt er eerst een POH-verslavingszorg gepositioneerd binnen de huisartsenpraktijken. Vervolgens kunnen de huisartsen gebruikmaken van de expertise van een verslavingsarts van Novadic-Kentron. Dit kan via de POH-verslavingszorg of rechtstreeks. Als derde ga ik als participeren in het netwerk van de zorggroep. En ten slotte kunnen wij scholing verzorgen voor de huisartsen en hun POH’s. Uit ervaring is gebleken dat op deze manier de patiënten met verslavingsproblemen beter opgemerkt worden door huisartsen en een meer passende behandeling kunnen krijgen.”

Scholing

“Bij het participeren in het netwerk bespreken we verschillende thema’s, zoals de wachtlijsten, het optimaliseren van de samenwerking met de praktijkondersteuners van NK en verschillende innovatietrajecten. De scholingen die we voor huisartsen en andere praktijkondersteuners op het gebied van verslaving verzorgen, voer ik meestal uit met een van onze verslavingsartsen. Ik heb bij de functie van accountmanager veel baat bij mijn jarenlange ervaring als POH-verslavingszorg. Ik ben twaalf jaar geleden begonnen als verslavingsconsulent bij NK, dat later werd overgenomen door Roder Consult. Inmiddels werk ik weer bij NK als POH-verslavingszorg/verslavingsconsulent. Dat doe ik nu nog voor elf uur in de week, voor zestien uur ben ik aangesteld als accountmanager.”

Drie taken

“De POH’s-verslavingszorg van NK hebben een takenpakket dat in grote lijnen uit drie onderdelen bestaat. In de eerste plaats zijn we het eerste aanspreekpunt voor de huisarts. De huisarts moet weten dat hij of zij altijd een beroep kan doen op ons en moet ervan op de hoogte zijn welke ondersteuning hij of zij van onze organisatie kan verwachten. Een tweede belangrijke taak is het eerste gesprek met de patiënt, waarin we op verzoek van de huisarts of praktijkondersteuners van andere disciplines de triage verzorgen. Daarbij brengen we de problematiek in beeld en stellen we een behandeling voor. Dat kan een verwijzing zijn naar NK of een andere instelling voor een ambulant of klinisch behandeltraject. Maar het is ook mogelijk dat we zelf de behandeling van de betreffende patiënt opstarten. Behandelen van patiënten is onze derde taak, die vaak gestart wordt als de problemen van de patiënt met middelengebruik niet te zwaar zijn.”

Vijfentwintig glazen alcohol per dag

“Ik licht graag met een recente casus uit mijn dagelijkse praktijk toe hoe zo’n behandeling eruit kan zien. Het gaat in dit voorbeeld om een man van middelbare leeftijd, die zich heeft laten doorverwijzen door zijn huisarts wegens zijn alcoholgebruik. Deze man vertelt twintig tot vijfentwintig glazen alcohol per dag te drinken. Wat begon als een manier om hem te helpen zich te kunnen ontspannen en zijn problemen te vergeten, is nu een probleem geworden waar hij aan wil werken. Dit alcoholprobleem speelt als een rode draad door zijn leven. Er zijn periodes geweest waarbij hij in staat bleek minder te drinken, maar nooit eerder heeft hij hier hulp voor gezocht. Hij twijfelt of hij wel in staat zal zijn om zijn drinkpatroon te doorbreken. Naast of misschien wel door de hoeveelheid alcohol die hij drinkt, heeft hij klachten als onzekerheid, piekeren en somberheid. Ook wil hij aan de slag met zijn overgewicht.”

Abstinentie

“Deze patiënt is gemotiveerd om zijn alcoholgebruik aan te pakken, daar ga ik hem bij helpen. Daarnaast ga ik samen met hem onderzoeken of gecontroleerd gebruik een haalbaar doel is of dat er overgegaan moet worden naar geheelonthouding oftewel abstinentie. Gezamenlijk gaan we het behandeltraject aan, waarbij geleidelijk zijn alcoholgebruik wordt afgebouwd. Het is mooi om te zien dat deze man steeds meer vertrouwen krijgt in zichzelf en alle voordelen ervaart van minder alcohol drinken, maar vooral nog meer voordelen van helemaal stoppen met alcohol. Dit motiveert hem om de keuze te maken voor abstinentie. Na afsluiting van ons behandeltraject is hij daarin geslaagd. Hij is gestopt met drinken, heeft zijn zelfvertrouwen teruggevonden en is veel actiever geworden. Hij is trots op wat hij heeft bereikt en ik ben er trots op en tevreden dat ik hem daarbij heb kunnen helpen.”

Een tien

Dat komt ook tot uiting in de reactie die deze patiënt later plaatst op ZorgkaartNederland. Daar kunnen patiënten en cliënten hun ervaring met een instelling of hulpverlener waarderen met een cijfer en een eventuele toelichting. Deze man gaf een tien en schreef de volgende toelichting:

“Ik ben zeer tevreden en had niet verwacht dat ik binnen een jaar van mijn problemen af zou zijn. Janneke de Jong is zeer bekwaam en heeft mij gedurende de behandeling altijd een gevoel gegeven van 100% vertrouwen en professionaliteit. Ik had na een paar weken al het gevoel en vertrouwen in dat het zou gaan lukken. En dat is dus ook gebeurd. Mijn dagelijks leven is op een zeer positieve manier veranderd en ik ga ervan uit dat dit permanent zal zijn!! Nogmaals dank en natuurlijk aan Janneke in het bijzonder!”

Janneke: “Zo’n waardering geeft veel voldoening en is een bewijs dat we patiënten soms veel te bieden hebben. We krijgen ook vaak een bloemetje, mooi toch!”  

Kort nieuws tweede kwartaal 2020

Afgelopen jaren vond u in onze nieuwsbrief elk kwartaal een overzicht van de verschillende gebieden binnen onze zorg. Om u sneller te voorzien van de meest interessante informatie, selecteren we voortaan alleen de meest opvallende ontwikkelingen in één kort overzicht. Hieronder leest u meer over:

  • steeds vaker 2C-B bij testservice NK;
  • verslavingsreclassering gaat Ruma-marker inzetten voor urinecontroles;
  • coronacrisis geeft boost aan NK digitaal;
  • verhuizing jeugdkliniek;
  • Forensische verslavingszorg presenteert zich aan netwerkpartners;
  • infographic inzet Preventie en Advies & Informatie in 2019. 

Steeds vaker 2C-B bij NK testservice

Bij de zeven testlocaties van NK kunnen gebruikers hun drugs laten testen. Het afgelopen jaar wordt over de hele provincie steeds vaker 2C-B aangeboden. In 2018 gebeurde dat 36 keer, in 2019 125 keer: meer dan drie keer zo veel! Het middel wordt vooral in de thuissituatie en op festivals gebruikt. Het grootste deel van de bezoekers van de testservice is tussen 18 en 28 jaar en mannen zijn licht in de meerderheid. Het lijkt erop dat tripmiddelen aan populariteit winnen. Dit is een trend die door het Trimbos-instituut ook landelijk gezien wordt. De effecten van 2C-B zijn afhankelijk van de dosering. Een hoge dosering kan leiden tot een zogenaamde bad trip, een overweldigende angstige ervaring: 2C-B kan zelfs psychoses uitlokken. Met name voor onervaren gebruikers ligt dit risico op de loer. Over de risico’s op langere termijn is nog maar weinig bekend. Daar komt bij dat in bijna 70% van de aangeboden 2C-B vervuilingen worden aangetroffen, het gaat dan vaak om onbekende stoffen waarvan de effecten en risico’s niet bekend zijn. 

Verslavingsreclassering gaat Ruma-marker inzetten voor urinecontroles

Door de coronamaatregelen was het een tijdlang niet mogelijk om voor cliënten van de verslavingsreclassering (VR) urinecontroles (UC) af te nemen. Dit is een risico, omdat UC’s vaak als voorwaarde van het toezicht zijn opgelegd. Daarom is de VR op zoek gegaan naar een alternatief om de continuïteit te garanderen. We hebben een oplossing gevonden door gebruik te gaan maken van de Ruma-marker. De Ruma-marker is een drankje dat na inname dient als controlemiddel op de ingeleverde urine. Het lab kan hiermee vaststellen dat de urine die wordt gecontroleerd, daadwerkelijk is te koppelen aan de cliënt. Fraude wordt daarmee onmogelijk. De cliënt neemt het drankje onder toezicht in. Vervolgens kan de medewerker of de cliënt zelf de urine opsturen naar het lab. Vooralsnog gaat het om een proef tot het einde van het jaar, waarna de proef landelijk geëvalueerd wordt en besloten wordt of de VR de Ruma-marker blijft inzetten bij UC’s. doorgaan. Aan de proef doen naast NK ook Iriszorg, Antes, Emergis en Mondriaan mee.

Coronacrisis geeft boost aan NK digitaal 

De coronacrisis heeft ons veel gekost, maar heeft wel een boost gegeven aan NK Digitaal (zorg op afstand) door meer online behandelmodules en videobellen in te zetten bij de behandeling. Er is een nieuwe werkelijkheid aan het ontstaan waarin digitaal behandelen normaal wordt en blended de norm. CRA (Community Reinforcement Approach) blijft de basis van deze blended behandelmethode. NK wordt bij de verdere implementatie van het digitale zorgaanbod ondersteund door Minddistrict. Samen met Minddistrict is hard gewerkt aan de ontwikkeling van nieuwe e-healthtoepassingen. Ook voor beeldbellen, dat steeds belangrijker wordt, heeft Minddistrict een gebruiksvriendelijke app voor cliënten ontwikkeld en een heel mooi instructiefilmpje gemaakt.

Daarnaast werken we aan twee nieuwe modules in Minddistrict. Deze zomer kunnen cliënten van NK al aan de slag met de welkomstmodule, die wordt ingezet tijdens de wachttijd. Nieuw ingeschreven cliënten kunnen hierin kennismaken met NK, oefeningen doen en daarmee de eerste stappen zetten in hun herstel, en zichzelf voorbereiden op het intake/adviesgesprek. Ook wordt gewerkt aan een cliëntportaal, waarmee cliënten, waar en wanneer ze maar willen, inzage hebben in hun dossier. Via dit portaal kunnen cliënten ook meteen inloggen in hun online behandelomgeving. Het cliëntportaal kan naar verwachting najaar 2020 in gebruik worden genomen.

Verhuizing jeugdkliniek

Op vrijdag 5 juni is de jeugdkliniek verhuisd van Sint-Oedenrode naar Vught. Die dag was er een alternatief programma bedacht om de verhuizers de gelegenheid te geven om de spullen naar Vught over te brengen. Daar konden de cliënten dezelfde avond terecht om hun eigen kamer in te richten. Deze verhuizing vloeit voor uit het veranderde zorglandschap, waarbij ambulante zorg wordt uitgebreid en klinische zorg wordt afgebouwd.

Op de NK-locatie in Vught zijn alle faciliteiten aanwezig (sportzaal, muziekruimte, et cetera) die de jeugdkliniek ook in Sint-Oedenrode ter beschikking had. Het nieuwe adres van de jeugdkliniek is Hogedwarsstraat 3, 5261 LX in Vught. Telefonisch is de jeugdkliniek bereikbaar via de receptie op 073-684 95 00 of het nieuwe hoofdnummer 06-20 38 91 32.

Forensische verslavingszorg presenteert zich aan netwerkpartners

De forensische verslavingszorg (FVZ) van NK wilde dit voorjaar een rondje langs diverse netwerkpartners en verwijzers maken om zichzelf te presenteren en informatie te geven over de forensische ambulante zorg en het forensisch FACT. Maar door alle coronamaatregelen kon de geplande toer niet doorgaan. FVZ-medewerkers Mandy Eerbeek en Evelien Tulp besloten om het anders te doen. Ketenpartners werden op 7 en 14 juli uitgenodigd om naar Vught te komen, waar in de vergaderruimtes iedereen voldoende afstand kon houden. Dat bleek een succes: de geplande presentaties waren al snel volgeboekt met het maximale aantal deelnemers.

Mandy en Evelien hebben vooral veel verteld over wat ze binnen de forensische verslavingszorg allemaal doen, maar ook is er kort stilgestaan bij NK als organisatie. Netwerkpartners en verwijzers kregen daarnaast uiteraard ook de ruimte om hun vragen te stellen. Alle aanwezigen gaven positieve reacties en vonden het leuk te horen hoeveel er mogelijk is binnen de forensische zorg. Voor herhaling vatbaar dus! En dat gaat ook gebeuren: er worden nu presentaties gepland in andere regio’s. 

Infographic inzet Preventie en Advies & Informatie in 2019

De medewerkers en vrijwilligers van de afdelingen Preventie en Advies & Informatie van Novadic-Kentron hebben zich het afgelopen jaar weer volop ingezet om een bijdrage te leveren aan het voorkomen van problemen door alcohol, drugs, gokken, internetten of medicijnen. Ze staan dagelijks klaar om vragen te beantwoorden over (middelen)gebruik en verslaving, verzorgen voorlichtingen en andere activiteiten voor een breed publiek in onder andere het onderwijs, jeugd- en jongerenwerk en op evenementen. Ze ondersteunen mensen met vragen over hun eigen gebruik, professionals die te maken krijgen met gebruik en misbruik van genotmiddelen bij hun cliënten/patiënten, maar ook naasten kunnen terecht met hun vragen. We zijn trots op wat we bereiken en delen dit graag met u. We hebben enkele cijfers uit 2019 voor u op een rij gezet in deze overzichtelijke infographic.

Cijfers tweede kwartaal 2020

In dit artikel vindt u de belangrijkste cijfers tot en met het tweede kwartaal van 2020: u vindt hier cijfers over de totale instroom van cliënten en specifiek over jongeren. U vindt er informatie over het aandeel klinische behandeling, verschillende leeftijdscategorieën en primaire problematiek. Ook vindt u in dit artikel cijfers over onze herstelondersteunende zorg en ons personeelsbestand in het tweede kwartaal van 2020.

Alle cliënten

In het eerste half jaar van 2020 waren 5.851 cliënten in behandeling, versus 5.936 in het eerste half jaar van 2019. Van hen zijn 602 cliënten klinisch opgenomen. Dit zijn alle opnames, ook andere financieringsstromen dan DBC en DBBC, maar exclusief woonvoorzieningen (hostels).

Primaire problematiek Aantal
Alcohol 1.894
Opwekkende middelen (cocaïne, amfetamine) 905
Opiaten 760
Cannabis 733
GHB 130
Gokken 164
Medicijnen (o.a. benzodiazepines) 130
Internet (gamen, chatten, erotiek) 37
Ketamine 58
Xtc 5
Overig1 42
Onbekend2 993

1 Bijvoorbeeld: lachgas, nicotine, hallucinogenen

2 Bijvoorbeeld omdat cliënten zich nog in de intake/diagnostiekfase bevinden, omdat ze alleen nog urinecontroles krijgen of omdat het cliënten zijn van de dag- en nachtopvang, een woonvoorziening of cliënten die behandeling krijgen via huisartsenpraktijken (onderaannemerschap).

Geslacht Aantal
Man 4.404
Vrouw 1.447

 

Leeftijd Aantal
Jonger dan 18 55
18 – 23 520
24-50 3.706
ouder dan 50 1.570

Jeugd en jongeren (12-24 jaar)

Tot en met het tweede kwartaal van 2020 zijn in totaal 575 jongeren door Kentra24 (onderdeel van Novadic-Kentron) behandeld (van wie 76 klinisch), versus 545 in het eerste half jaar van 2019.

Primaire problematiek Aantal
Cannabis 217
Opwekkende middelen (cocaïne, amfetamine) 79
Alcohol 52
Gamen 16
Gokken 21
GHB 9
Xtc 4
Opiaten 3
Overig 129
Onbekend 45

 

Leeftijd aantal
13 2
14 2
15 9
16 15
17 27
18 40
19 71
20 102
21 112
22 89
23 106

 

Geslacht Aantal
Man 451
Vrouw 124

Cijfers herstelondersteunende zorg tweede kwartaal

Aantal cliënten die deelnemen aan aanbod Herstelondersteunende zorg

Aanbod Aantal
Samen herstellen 491
Ervaringsgroepen 51
Coachingsgroepen 69

Aantal herstelmedewerkers (vrijwilligers) en ervaringsdeskundigen

Afdeling/project Aantal
Herstelmedewerkers Herstelpunten 6
Herstelmedewerkers Samen herstellen 43
Herstelmedewerkers afdelingen 8
Project De Reden (Verslavingsreclassering) 4
Ervaringsdeskundigen 12
Stagiaires 3
BBL 5

Aantal medewerkers

Aantal fte per 1 april 2020: 744
Aantal medewerkers per 1 april 2020: 874

Aantal fte per 1 juli 2020: 737
Aantal medewerkers per 1 juli 2020: 863

Voorwoord: samen zijn we sterker

Half februari speelde FC Utrecht in shirts waarop het NK-logo prijkte. Op de foto’s van die middag zien we duizenden enthousiaste toeschouwers dicht op elkaar in het Willem II-stadion. Dat lijkt nu haast iets uit een ver verleden, maar het is nog maar drie maanden geleden. Kort daarna ging Nederland op slot en was de coronacrisis ook in ons land een feit.

In de geestelijke gezondheidszorg hebben we het vaak over ‘levensgebieden’, zoals werk, wonen, sociaal leven, vrije tijd en financiën. We kijken naar de problemen die cliënten hebben op die levensgebieden, en wat ze op elk van die gebieden willen bereiken. Nu zien we dat ál onze levens drastisch zijn veranderd en ingeperkt op ál die gebieden. De manier waarop we ons werk doen (en of we überhaupt nog werk hebben), onderwijs volgen, zorg verlenen en zorg krijgen, winkelen, vrienden en familie zien, sporten, vrije tijd besteden: álles is anders. Nagenoeg alle plannen in onze agenda’s zijn doorgestreept. En wat de financiële schade is, begint nu pas langzaam in beeld te komen. Ons land, Europa, heel de wéreld zal de komende jaren niet meer hetzelfde zijn. En wordt misschien ook nooit meer hetzelfde: ‘het nieuwe normaal’ en ‘een nieuwe werkelijkheid’ zijn begrippen die je momenteel veel hoort.

Bij NK geloven we in samen Nieuwe Kansen creëren, maar dat klinkt op dit moment nog bijna té optimistisch. In heel Nederland is de ravage aangebracht door dit virus enorm. We zijn nog te veel bezig met het bevatten van wat dit virus betekent voor onze samenleving en onze organisatie, met het herstellen en beperken van schade, met het terug in de steigers zetten van de maatschappij en het weer op peil brengen van onze zorg, om nu al te denken aan Nieuwe Kansen. Ook binnen NK zijn we nog maar net begonnen met ons herstel, met onze eigen reis naar dat nieuwe normaal.

Als we kijken naar de afgelopen maanden, zien we dat mensen enorme veerkracht, flexibiliteit en creativiteit laten zien. Overal zien we fantastische initiatieven en vindingrijke oplossingen. Hele opleidingen worden nu, zo goed en kwaad als het kan, online aangeboden. Ehealth heeft een ongekende vlucht genomen. Overal komen ondernemers en werknemers met creatieve oplossingen voor de ‘anderhalvemetermaatschappij’. En ook heel bijzonder: we werken massaal mee met de nieuwe richtlijnen, we accepteren wat onacceptabel lijkt en we maken er met zijn allen het beste van. Zelfs uit deze ongekende crisis komen Nieuwe Kansen. Denk aan ontwikkelingen en innovaties op het gebied van digitale mogelijkheden.

Ook binnen NK zien we medewerkers in deze onzekere en soms veeleisende omstandigheden hun werk doen. Want onze zorg gaat ‘gewoon’ door! Waar mogelijk op afstand, waar nodig face to face en met de nodige aanpassingen. Ook binnen NK zijn in haast onmogelijk korte tijd nieuwe werkwijzen en nieuwe hulpmiddelen ontwikkeld. Of het nu gaat om preventie, reclassering, herstelondersteuning, begeleiding, behandeling of ondersteunende diensten: we zijn er voor elkaar en voor onze cliënten. Wat je in heel Nederland ziet, zie je ook binnen NK: we zijn samen sterker. Met onze collega’s en cliënten, maar ook samen met onze ketenpartners, werken we aan het nieuwe normaal. En hoe dat er ook uit gaat zien, één ding blijft hetzelfde: ook in deze nieuwe werkelijkheid zullen we weer samen Nieuwe Kansen creëren.

Sigrid Wijnbergh
Walther Tibosch
Raad van Bestuur Novadic-Kentron